Voor welke klachten kun je bij mij terecht?
Hieronder vind je een beknopt overzicht van klachten die ik kan behandelen, in alfabetische volgorde. Ik vertel per klacht wat die fysiologisch inhoudt, hoe ik er tegenaan kijk, en wat ik er aan doe. Hier en daar vul ik mijn verhaal aan met een verwijzing naar meer informatie online. Het is ondoenlijk om alle klachten op te nemen in dit overzicht, dus mocht je iets mankeren wat hier niet vermeld staat, neem dan even contact op. We komen er al snel achter of ik iets voor je kan betekenen, of dat ik je moet doorverwijzen. Deze pagina is voor mij “work in progress”: ik heb nog lang niet alle klachten omschreven, dus kom geregeld even kijken voor updates.
Achillespeesklachten
Achillespeesklachten beginnen doorgaans heel geleidelijk: lichte pijn bij het opstaan, die na enige tijd verdwijnt. Klachten aan het begin van de sportbeoefening, waar je even later geen last meer van hebt. Maar allengs wordt het erger. Belangrijk is om het altijd goed te laten onderzoeken (huisarts of fysiotherapeut), want dan kun je chronische klachten voorkomen. Je kunt bijvoorbeeld de volgende Achillespeesklachten ontwikkelen:
Degeneratie
Achillespeestendinose: een langzame verslechtering van het peesweefsel, waardoor dat minder belastbaar is, en andere blessures makkelijker kunnen voorkomen.
Ontsteking
Ten eerste kan dat een ontsteking van de pees zelf zijn (achillespeestendinitis). Ten tweede een ontsteking van de peesschede (achillespeesvaginitis) waar de pees normaliter soepel doorheen glijdt. Ten derde een ontsteking van een slijmbeurs (bursitis) die zich rondom de aanhechting van de achillespees aan het hielbeen bevindt.
Afscheuring (gedeeltelijke of gehele ruptuur)
Onder zware (sportieve) belasting kunnen kleine scheurtjes ontstaan, of de pees kan gedeeltelijk of helemaal afscheuren. Vaak is de pees dan al door andere oorzaken afgezwakt en kan hij de zware belasting, die er van hem gevraagd wordt, niet aan. Een gehele of gedeeltelijke ruptuur kan conservatief (gips/brace) of operatief (hechting) behandeld worden. Daarna volgt een revalidatietraject.
Bij al deze klachten kan ik je een ondersteunende behandeling bieden. Je onderbeenspieren kan ik middels fascietechnieken en massage soepel houden. Ook kan ik de gewrichten van onderbeen en voet met mobilisaties in goede conditie houden. Bovendien werken deze ingrepen ook pijnstillend. Aangezien je achillespeesblessure door je hele been doorwerkt, kan ik de behandeling uitbreiden naar je knie, bovenbeen en heup.
Artrose
Degeneratie
De term artrose wordt gebruikt voor het proces van degeneratie van gewrichtskraakbeen. Ongeveer 10% van de Nederlandse bevolking heeft er last van, voornamelijk in heup of knie, met name vanaf 55 jaar. Een veel groter aantal heeft artrose zónder klachten (!). Die klachten betreffen pijn en bewegingsbeperking. Het ontstaan van artrose wordt door verschillende factoren bepaald. Eén van de uitlokkende factoren is een eerder letsel in het gewricht (bloed in het gewricht), door een sportblessure of een ander ongeluk. Maar ook andere factoren zoals onevenwichtige belasting (X- of O-benen bijvoorbeeld) kunnen de degeneratie aanzwengelen. Artrose is een progressieve aandoening, wat betekent dat het in de loop van de tijd verergert. Eenmaal gedegenereerd kraakbeen herstelt niet, maar er zijn hoopvolle nieuwe ontwikkelingen (zie de link verderop).
Onderzoek
Studies naar de inzet van massage bij artrose (o.a. Archives of Internal Medicine 2006; 166(22): 2533-2538) laten zien dat massage een significante bijdrage kan leveren aan de vermindering van pijn en bewegingsbeperking. Zeker in geval van bijwerkingen door farmacotherapie (medicijnen) kan massage een alternatief bieden.
Wat kan ik doen?
Mijn interventies kunnen artrose dus niet verhelpen, wel kan ik de symptomen verzachten. Pijn kan ik verlichten d.m.v. massage, zachte schuddingen of trillingen, of een warmtebehandeling. Passieve gewrichtsbewegingen helpen de verspreiding van synovia, de gewrichtssmeer waarmee het kraakbeen wordt gevoed, en vertragen daarmee de achteruitgang. Door een pijnvermijdende houding en beweging kunnen triggerpoints ontstaan in de spieren om het aangedane gewricht, die ik met een triggerpointbehandeling kan tegengaan. Blijven bewegen is belangrijk voor de algehele conditie, en de voedingsstoestand van (aangedane) gewrichten. Sporten met laag risico op gewrichtsbelasting en -letsel zijn: zwemmen, fietsen, golf, wandelen, warmwatergymnastiek, yoga, pilates en t’ai chi.
Lees meer over artrose.
Primeur in Utrecht: nieuwvorming van kraakbeen door distractie!
Bloeduitstorting (haematoom) na een (sport)blessure
Tekst
Burn-out
40% van de beroepsziekten
17% van de werkenden in Nederland maakt een burn-out mee, 40% van de beroepsziekten kent deze diagnose. Het is vaak de combinatie van werkstress en privé spanningen die mensen teveel wordt. Maar ook andere factoren kunnen een rol spelen, zoals persoonlijke eigenschappen, of belastende omstandigheden. Symptomen van een burn-out kunnen zijn: emotionele en fysieke uitputting, slaapstoornissen, neerslachtigheid en teveel piekeren, concentratieproblemen, prikkelbaarheid, angst- en paniekklachten. Herstel kan beginnen als je de symptomen herkent, en accepteert dat je ziek bent.
Massage als ondersteuning
Om uit een burn-out te komen, heb je de hulp van een psycholoog nodig. Verder is het van belang dat je een begin maakt met het herstel van je fysieke conditie. Ondersteunend hieraan kan ik rustige ontspanningsmassages geven, die je weer laten ervaren dat je lichaam een veilige plek is om in te wonen. Desgewenst kan ik de behandeling beginnen met een geleide meditatie, waarmee je een plek van rust creëert in je hoofd, vrij van gedachten.
Carpale Tunnel Syndroom (CTS)
Symptomen
Bij CTS kunnen de volgende symptomen voorkomen: brandende of stekende pijn in de vingers, tintelingen in de hand, of een doof gevoel in hand, duim en vingers. De pink doet bij deze verschijnselen zelden mee. Doordat de spieren van onderarm en hand achteruit gaan, maar ook het gevoel in de hand vermindert, kan krachtsverlies optreden, waardoor je regelmatig wat uit je handen laat vallen. CTS komt vooral voor tussen 40 en 60 jaar, voornamelijk bij vrouwen, met name tijdens de zwangerschap, bij overgewicht en diabetes, reumatoïde artritis en hypothyreoïdie (te traag werkende schildklier). Maar het kan ook optreden bij iedereen die herhaalde, kleine, krachtige, actieve of passieve bewegingen maakt of ondergaat met pols en hand. Zoals wegwerkers met een drilboor, typewerk achter de computer, musici of mensen die werken in de verpakkingsindustrie.
Wat is de carpale tunnel?
De carpale tunnel ligt aan de polszijde van de hand. Het wordt gevormd door twee uitstekende botjes van de handwortel (= carpus in het Latijn), die verbonden zijn door een stevige band, waardoor een “poort” of tunnel ontstaat. Hierdoorheen lopen niet alleen de pezen van de onderarmspieren naar hand en vingers aan de palmzijde, maar ook één van de armzenuwen die uit het ruggenmerg, door de arm, naar de hand lopen, namelijk de mediane zenuw. Door (actieve of passieve) overbelasting kan in de tunnel een ontsteking ontstaan, die gepaard gaat met een zwelling. Aangezien de carpale tunnel op zich al een nauwe ruimte is, is er voor een zwelling helemaal geen plek, met als gevolg dat zenuw en pezen onder druk komen te staan. De pezen hebben hier niet zo’n last van, maar de zenuw wel.
Hoe kom je er van af?
Zaak is dus, dat de ontsteking overgaat. Dit betekent dat de overbelasting moet worden vermeden. Overleg met een ergotherapeut of bedrijfsarts wat er kan verbeteren aan de positie van polsen en hand tijdens het werken, zodat je de oorzaak kunt wegnemen. Medisch ingrijpen houdt in: een spalk, ontstekingsremmende pijnmedicatie, of een operatie. Als je dat niet wilt, kun je mijn interventies overwegen. Ik bekijk de klacht altijd in samenhang met het totale verzorgingsgebied van de zenuw: nek/schouder, arm, pols en hand. Massage en gewrichtsbewegingen kunnen de spierspanning verlagen, pijn verminderen en de bloedcirculatie verbeteren. Rekoefeningen van pols, arm en schouder kunnen meer ruimte creëren in de hele keten, en de beweeglijkheid vergroten. Tenslotte kunnen lymfedrainage en lymftaping helpen de zwelling te verminderen, zodat de druk op de zenuw wordt verlicht. Uiteindelijk neemt je lichaam het zelf weer over, en de ontsteking verdwijnt.
Chronisch Vermoeidheids Syndroom (CVS)
Wat is het?
CVS wordt ook wel aangeduid met ME, Myalgische Encefalomyelitis, een beschrijving die een ontsteking van de hersenen of het ruggenmerg impliceert. Alleen is die ontsteking nooit aangetoond. Symptomen zijn ernstige vermoeidheid, en uitputting na inspanning. Verder komen voor: spier- en gewrichtsklachten, hoofdpijn, slaapstoornissen en concentratieproblemen. Ongeveer 2% van de Nederlanders lijdt aan CVS, 80% daarvan is vrouw. De oorzaak is onbekend, maar het lijkt erop dat, onder bepaalde omstandigheden, CVS getriggerd wordt door een specifiek (fysiek of psychisch) trauma. CVS is nauw verwant aan fibromyalgie, en lijkt te maken te hebben met een ontspoorde stress-respons, gevolgd door een langdurig versterkte werking van cortisol. In chronisch hoge doses breekt cortisol eiwitten af (spieren, bindweefsel), verzwakt het immuunsysteem, en dereguleert het dag-nachtritme. De beste prognose geldt bij een actieve aanpak van het probleem.
Hoe kan ik helpen?
Wat ik kan bieden aan mensen met CVS is rustige ontspanningsmassage. Oppervlakkige strijkingen en milde knedingen. Rustige gewrichtsbewegingen, trillingen en totale lichaamsschuddingen, gecombineerd met warmtetechnieken. Dit alles met het doel om het zenuwstelsel weer tot rust te brengen, en de “poorten voor pijn” te sluiten. Aangezien de op hol geslagen stressreactie van het lichaam ook een psychische component heeft, Kan ik cliënten ook een coachingstraject aanbieden, of doorverwijzen voor cognitieve gedragstherapie, om anders te leren omgaan met stressvolle situaties. Een NPI-therapeut (Neuro Psycho Immunologie) zou kunnen adviseren inzake eventueel in te nemen supplementen, of aanpassingen in je voeding. Tot slot geef ik oefeningen mee die passen in je dagelijkse ritme, en stimuleer ik om aan milde, maar consequente lichaamsbeweging te doen (wandelen, fietsen, yoga of pilates, zwemmen of aquatraining).
Enkelblessures
Verzwikte enkel
“Door je enkel gaan” of “je enkelbanden gescheurd”: helaas een bekend fenomeen voor heel veel mensen. De meest voorkomende enkelblessure is de verzwikte enkel – meer dan 600.000 Nederlanders hebben hier jaarlijks last van. Meestal gebeurt dit zwikken bij verkeerd neerkomen na een sprong, of als je voet omklapt op een oneffen ondergrond. Je enkel kan naar buiten zwikken (inversietrauma, met letsel aan de buitenste banden) of naar binnen (eversietrauma, met letsel aan de binnenste banden). Verder kan aan de voorkant van de enkel de verbinding tussen scheen- en kuitbeen verrekt zijn (varustrauma). Bij een verzwikte enkel zijn er drie gradaties: bij de mildste vorm is er slechts sprake van een verrekking, bij de tweede is er een gedeeltelijke scheur en bij de derde is de volledige band of zijn zelfs meerdere banden doorgescheurd. Bij graad twee en drie treedt onmiddellijk een zwelling op, bij alle drie gradaties is er altijd pijn, zodat je moeilijk verder kunt lopen, en sporten even uitgesloten is.
Herstel
Het herstel is afhankelijk van de ernst van het letsel, en volgt bepaalde fasen van weefselherstel. In het gunstigste geval kan je zonder hulp herstellen, als je het handig aanpakt. Maar als het herstel niet zo spoedig verloopt, kun je chronische instabiliteit oplopen. Dan is het wel zo handig om hulp te zoeken. Allereerst moet een eventuele botbreuk uitgesloten worden middels een röntgenfoto, maar alleen als daar, via het doen van een test, vermoeden voor bestaat.
Stap voor stap
- De eerste 3 à 4 dagen moet je je enkel rust geven en voorzichtig zijn met belasten. De zwelling (en eventuele bloeduitstorting) kan fors zijn. Middels lymfedrainage en lymftaping kan ik je helpen om de zwelling te verminderen. Rustige massage van onderbeen en van pijnvrije delen van de voet kan pijndempend werken.
- Van 4-10 dagen mag je je voet langzaamaan weer beginnen te belasten: rustig heen en weer lopen en symmetrisch belasten, met veel aandacht voor het correct afwikkelen van je voet bij elke stap. In deze fase zal ik rustige gewrichtsbewegingen toepassen, en massage om de omliggende spieren zo ontspannen mogelijk te houden.
- Van 10-21 dagen moet je kalm aan weer beginnen met “functioneel belasten” zoals dat heet: je herstellende weefsels moeten trekkrachten ondergaan om zich functioneel te kunnen vormen. Dus vanaf deze fase moet je echt weer gaan bewegen, van rustig naar gemiddeld belastend, en daar zal ik je oefeningen voor geven.
- Vanaf 3-12 weken worden de oefeningen steeds intensiever: balans en coördinatie komen er nu bij, en er kan een begin gemaakt worden met sportieve training. Voortgezette gewrichtsbewegingen, steviger massages en fascietechnieken kan ik inzetten om je te ondersteunen bij je herstel. Uiteindelijk bouwen we de behandeling af: de meeste mensen kunnen na een maand of drie weer volop deelnemen aan hun sportieve activiteiten.
Lees meer over enkelblessures bij hierhebikpijn of marjoleinhellemons.
Fibromyalgie
Verschijnselen
De term fibromyalgie betekent: pijn in spieren en bindweefsel. Andere verschijnselen die de pijn kunnen begeleiden zijn o.a. vermoeidheid, stijfheid, slaapproblemen en concentratiestoornissen. Deze kunnen, net als de pijn, sterk wisselend van aard zijn. De aandoening komt bij 1 à 2 % van de Nederlanders voor, met name bij vrouwen tussen 30 en 55 jaar. Symptomen nemen toe bij drukte en lawaai, angst en stress, vermoeidheid, vochtig en koud weer, en bij lang zitten, staan of liggen. Afname van klachten zien we bij ontspanning, beweging, warm weer, of een warm bad.
Oorzaken
De oorzaak van fibromyalgie is onbekend. Het vermoeden bestaat dat er sprake is van een verstoring in de hersenen van de interne en externe prikkelverwerking. Fibromyalgie is nauw verwant aan CVS (Chronische Vermoeidheids Syndroom), en lijkt te maken te hebben met een ontspoorde stress-respons, gevolgd door een langdurig versterkte werking van cortisol. In chronisch hoge doses breekt cortisol eiwitten af (spieren, bindweefsel), verzwakt het immuunsysteem, en dereguleert het dag-nachtritme. Verder is er sprake van een verhoogde gevoeligheid van het zenuwstelsel: ook milde prikkels kunnen een tot forse pijnreactie leiden. Beste aanpak lijkt “neuro-unwinding” te zijn (ontspanning van het zenuwstelsel).
“Neuro-unwinding”
Wat ik kan bieden aan mensen met fibromyalgie is laag-intensieve ontspanningsmassage. Rustige strijkingen en milde knedingen, met af en toe wat meer druk voor een lichte triggerpointbehandeling. Rustige gewrichtsbewegingen, trillingen en totale lichaamsschuddingen, gecombineerd met warmtetechnieken. Dit alles met het doel om het zenuwstelsel weer tot rust te brengen, en de “poorten voor pijn” te sluiten. Aangezien de op hol geslagen stressreactie van het lichaam ook een psychische component heeft, Kan ik cliënten een coachingstraject aanbieden, of doorverwijzen voor cognitieve gedragstherapie, om anders te leren omgaan met stressvolle situaties. Tot slot geef ik oefeningen mee, en stimuleer ik om aan milde, maar consequente lichaamsbeweging te doen (wandelen, fietsen, yoga, zwemmen of aquatraining).
Frozen Shoulder
3 fasen
Zie ook > KANS. Frozen shoulder, officieel “capsulitis adhaesiva” maakt ongeveer 2-3% uit van de schouderklachten. Het is niet alleen een bijzonder pijnlijke, maar vooral een sterk beperkende, invaliderende aandoening. Hij ontstaat geleidelijk, en wel in drie fasen:
- Pijnlijke freezing fase (10-26 weken): pijn en stijfheid
- Stiffening fase (4-12 maanden): pijnafname en toename stijfheid
- Resolution fase (12-42 maanden): geleidelijke verbetering van de beweeglijkheid
Duurt lang, gaat vanzelf over
Zoals je ziet, kunnen de tijdspannes enorm zijn. We hebben het over een klacht die minimaal 6 maanden, en maximaal 5 jaar kan duren! Uiteindelijk gaat een frozen shoulder in de meeste gevallen vanzelf over, behandeld of niet, ook al kan het erg lang duren. Daarbij is er een kleine 5% die nooit van de klachten af komt. Bij 6-17% treedt de klacht binnen vijf jaar na herstel ook aan de andere schouder op.
Symptomen
Wat zijn de klachten? Pijn, voornamelijk aan de voor- en zijkant van de bovenarm, ter hoogte van de aanhechting van de m. deltoïdeus. Maar ook diepe pijn IN het gewricht, bij vrijwel alle passieve en actieve armbewegingen, en pijn bij liggen op de arm. Daarnaast dus bewegingsbeperking, met name het vooruit en zijwaarts tillen van de arm, en het in- en uidraaien. De klachten hebben te maken met een ineenschrompeling en verstijving van (met name) de onder- en voorkant van het gewrichtskapsel, dat het schoudergewricht omhult. Het is net of het kapsel is “bevroren”.
Oorzaak onbekend
De oorzaak hiervoor is nog steeds onbekend. Om die reden is er ook geen sluitende therapie: probeer alles uit wat helpt is het devies. Injecties met corticosteroïden kunnen helpen, maar lang niet altijd. Oefentherapie kan, langzaam opgebouwd, ook helpen. Ik heb zelf een frozen shoulder gehad aan mijn rechter schouder, en drie jaar daarna, milder, aan mijn linker schouder. Met name de eerste keer was de aandoening behoorlijk invaliderend, en had ik hulp nodig bij voorheen vanzelfsprekende zaken als mijn jas aantrekken, scheren en douchen. Mijn relatief “snelle” herstel na 9 maanden dankte ik m.i. aan het feit dat ik bleef bewegen (klassiek ballet), rekoefeningen en oefentherapie (fysio). De klacht raakte me in een tijd (de financiële crisis) van grote inkomens-stress, na een periode waarin ik toenemende klachten overhield aan illustratie-productie (= repetitieve handelingen) op de computer binnen strakke deadlines.
Mijn interventies
Wat ik voor je kan doen? Ik kan je helpen om de symptomen te beperken: pijnvermindering bijvoorbeeld, en het omgaan met de pijn. We gaan kijken wat geleide rek voor jou kan opleveren, en uiteraard zet ik alles in om het spierkorset rond de schouder zo soepel mogelijk te houden (massage, huid- en fascietechnieken, gewrichtsbewegingen waar mogelijk: trillingen en zachtjes schudden werken heel fijn!). Oefentherapie om je spieren geleidelijk ook weer sterker te maken zijn op gegeven moment ook weer nodig, net als algehele beweging om lekker in conditie te blijven, ondanks de beperkingen. Uiteindelijk gaat de klacht (in 95% van de gevallen) vanzelf weer over…
Golferselleboog
Zie KANS (Klachten Arm Nek Schouder)
Hielspoor
Zie > Voetzoolklachten
Hoofdpijn
Typen hoofdpijn
Hoofdpijn heeft iedereen weleens gehad. Het is dan ook een veel voorkomende kwaal, met even zovele oorzaken. Als je hoofdpijn hebt n.a.v. een andere aandoening zoals sinusitis, gebitsklachten, infecties of chemische stoffen (pijnstillers, jaja!), dan noemen we dat secundaire hoofdpijn. Maar sommigen hebben hoofdpijn op structurele basis. Dat noemen we primaire hoofdpijn. Daar zijn vier typen van: migraine, clusterhoofdpijn, spanningshoofdpijn en cervicogene hoofdpijn. Er zijn er maar een paar die ik kan behandelen, de rest hoort in een medisch traject.
Wat mag ik behandelen?
Cliënten met cervicogene hoofdpijn en spanningshoofdpijn kunnen baat hebben bij mijn behandeling. Bij migraine met een cervicogeen aspect alleen als onderdeel van een meervoudige therapie-inzet (bijvoorbeeld naast farmacotherapie). Bij hoofdpijn, nekpijn en zweverigheid (of licht gevoel in het hoofd) zal ik eerst een test doen. Word je daarbij bleek, misselijk of treedt er een verhoogde zweetproductie op, dan is dat een contra-indicatie. Gebeurt dat niet dan kan ik je gewoon behandelen. Is er geen zweverigheid, maar draaiduizeligheid, of is er sprake van balansverstoringen, dan moet ik je doorverwijzen naar je huisarts.
Hoge nekmobilisaties
Terwijl je op je rug ligt, begin ik met hoge nekmobilisaties van de eerste drie nekwervels, dat is het meest effectief tegen hoofdpijn. Vervolgens zal ik de hele nek mobiliseren (bewegen) en oscilleren (trillen), zachtjes rekken, en masseren. Indien de spanning ook in de schouders is doorgezet, draai je in buiklig, en behandel ik die ook. Tenslotte draai je nogmaals naar ruglig, maar lig je nu op een warmwaterkussen, waardoor de ontspanning nog verder doorzet. Voor een algehele ontspanning eindig ik dan met een korte Voetreflex. Ik geef je rekoefeningen mee voor thuis.
KANS (Klachten Arm, Nek, Schouder)
Kans op KANS
KANS komt veel voor: 25% van de beroepsbevolking heeft er last van. Jaarlijks bedragen de totale kosten (verzuimkosten en revalidatie) ruim 2 miljard euro. KANS is een verzamelnaam voor uiteenlopende klachten in de regio arm/nek/schouder en kent dan ook meervoudige oorzaken. Veelal treden klachten op na langdurige overbelasting door herhaalde en/of statische beweging in die regio. Maar ook kan een onhandige houding of een acuut trauma de oorzaak zijn, of er kan een onderliggende aandoening aanwezig zijn, die de klachten kan oproepen. Werkgerelateerde risico’s zijn: (te) hoge werkdruk, gebrek aan zelfsturing in het arbeidsproces, te lange arbeidstijden, een ergonomisch onjuiste inrichting van de werkplek en een onhandige werkwijze. Persoonlijke risicofactoren zijn o.a. geslacht (vrouwen hebben meer KANS), bewegingsarmoede en stress. De klachten kunnen hardnekkig zijn. De meeste cliënten gaan vooruit na het opstarten van een behandelingstraject, maar een derde tot de helft heeft na 12 maanden nog klachten, zij het milder dan bij aanvang.
Specifiek/Aspecifiek
KANS kan specifiek (= weefselschade) of aspecifiek (= fysiologische ontregeling) zijn. Specifieke KANS zijn: bicepstendinose, carpale tunnel syndroom, contractuur van Dupuytren, cubitale tunnel syndroom, elleboog instabiliteit, fenomeen van Raynaud, frozen shoulder, golferselleboog, labrum glenoïdale ruptuur, lokale artritis, radiale tunnel syndroom, roeierspols, rotator cuff ruptuur, schouderinstabiliteit, slijmbeursontstekingen in de elleboogregio, subacromiaal impingement, Sudecks dystrofie (ook wel posttraumatische dystrofie of CRPS/Complex Regionaal Pijn Syndroom genoemd), tenniselleboog, triggerfinger.
Hoe kan ik je helpen?
Wat ik voor je kan doen? Allereerst is het zaak te bepalen of je bij mij wel aan het goede adres bent. Heb ik het vermoeden dat er sprake is van een anatomisch defect (een hernia bijvoorbeeld) of een onderliggende aandoening (ruimte-innemende processen in de buikholte bijvoorbeeld), dan zal ik je doorverwijzen naar je huisarts voor nader onderzoek. Zo niet, dan vraag ik de klacht goed uit, en bepaal ik via tests welke structuren precies aangedaan zijn. Daarbij houd ik altijd rekening met de gehele keten, die door de armzenuwen wordt bediend. Mijn taak als therapeut is het om optimale condities te creëren voor herstel. Dus als er sprake is van vastzittende structuren, dan ga ik ze losmaken. Is er teveel vochtophoping, dan probeer ik die af te voeren, enz. Ik grijp aan op huid, fascie, spier en gewricht, en zet daartoe huidtechnieken, fascietechnieken, gewrichtsbewegingen, muscle energy techniques, massage, triggerpointbehandelingen (dry needling of manueel), warmtebehandeling en lymfedrainage in. Verder geef ik adviezen voor een handige oefenopbouw voor thuis, en probeer je zoveel mogelijk informatie te geven over je klacht, zodat je weet wat er speelt.
Lees meer over diverse Klachten Arm Nek Schouder (KANS):
- Bicepstendinose
- Carpale tunnel syndroom
- Complex regionaal pijn syndroom
- Contractuur van Dupuytren
- Cubitale tunnel syndroom
- Elleboog instabiliteit
- Fenomeen van Raynaud
- Frozen shoulder
- Golferselleboog
- Labrum glenoïdale ruptuur
- Lokale artritis
- Radiale tunnel syndroom
- Roeierspols
- Rotator cuff ruptuur
- Schouderinstabiliteit
- Slijmbeursontstekingen
- Subacromiaal impingement
- Tenniselleboog
- Triggerfinger
Knieklachten
Samengesteld gewricht
De knie is het grootste gewricht van ons lichaam. Het is een “samengesteld” gewricht. Het bestaat uit het dijbeen, het scheenbeen en de knieschijf. Dijbeen en scheenbeen vormen het echte kniegewricht, terwijl knieschijf en dijbeen een secundair gewricht vormen, aan de voorkant nét boven de gewrichtsspleet. Het kopje van het kuitbeen maakt eigenlijk geen deel uit van het kniegewricht, maar er hechten wel belangrijke structuren aan (buiten-knieband en een pees van één van de hamstrings) die het kniegewricht stabiliteit verlenen.
Menisci en banden
Bekende onderdelen van het gewricht zijn verder de binnenste en buitenste meniscus, de voorste en achterste kruisband, binnen- en buitenknieband, gewrichtskapsel en -kraakbeen. Al deze structuren verlenen het kniegewricht stabiliteit en flexibiliteit, evenals de spieren die vanuit de dij óver de knie heen reiken, en de kuitspier die dat vanaf het onderbeen doet (het “spierkorset”). Klachten aan de knie kunnen, afhankelijk van de structuren die aangedaan zijn, vele uitingsvormen en oorzaken hebben. Ik bespreek er een paar.
Meniscusletsel
De twee menisci zijn kraakbenige, vervormbare schokbrekers, die zich bevinden tussen de draairollen van het dijbeen en het gewrichtsvlak van het scheenbeen. Zij begeleiden de beweging van de gewrichtsdelen, en zorgen voor een goede verdeling van gewrichtssmeer. Een gescheurde meniscus is een veel voorkomend sportletsel. Het kan acuut ontstaan, bij draaibewegingen in de knie terwijl het onderbeen gefixeerd is, of bij een slag of stoot tegen de knie (bij contactsporten, of letterlijk tijdens een “knieval” bij volleybal). Maar het kan ook geleidelijk ontstaan, bij intensief hardlopen bijvoorbeeld. Er ontstaat dan een scheur in één van de menisci, vergezeld door acute pijn en een zwelling, al dan niet met een bloeduitstorting.
Klachten
De knie buigen gaat dan niet meer, net zo min als hurken, en er kunnen slotklachten optreden. Afhankelijk van de ernst en de locatie van de scheur kan het letsel vanzelf genezen of niet – een kijkoperatie kan daar uitsluitsel over geven. In het ergste geval wordt de gescheurde meniscus operatief verwijderd. Het spierkorset moet dan zodanig worden getraind dat die een deel van de krachten op de knie kan opvangen.
Lees meer over meniscusletsel.
Kruisbandletsel
De kruisbanden lopen centraal in het gewricht, van het scheenbeen-gewrichtsvlak naar de binnenkant van de dijbeenrollen, de VKB (voorste kruisband) van onder-vóór naar binnen-rechtsachter, de AKB (achterste kruisband) van onder-achter naar midden-linksvóór. Zij zorgen voor achter-voorwaartse stabiliteit van het kniegewricht. Voorste kruisbandletsel kan ontstaan bij inwerkende krachten tijdens een gebogen-gedraaide stand van de knie, achterste kruisbandletsel ontstaat nogal eens bij een “dashboard-trauma” (een kop-staartbotsing waarbij het dashboard tegen de knie slaat, en het scheenbeen naar achter wordt geforceerd).
Knapje
Als een kruisband scheurt, hoort daar meestal een hoorbare of voelbare “knap” bij. Acute pijn wordt gevolgd door een fikse zwelling en bloeduitstorting. Afhankelijk van leeftijd en sportieve belasting wordt al dan niet besloten tot operatief hechten middels een stuk pees uit één van de hamstrings of de quadriceps. Zonder herstel ontstaat instabiliteit in de knie, waardoor sportieve belasting niet goed meer mogelijk is.
Lees meer over voorste kruisbandletsel.
Lees meer over achterste kruisbandletsel.
Patellofemoraal pijnsyndroom
De knieschijf ligt aan de voorkant van het kniegewricht, nét boven de gewrichtsspleet. Het is een sesambeentje (een vrijliggend botstuk), dat ingebed zit in de pees van de vierkoppige dijbeenspier (de “quadriceps”) die naar de boven-voorkant van het scheenbeen loopt. Qua functie is het een katrol die de beweging van de pees door de groeve tussen de twee dijbeenrollen zekert, en als zodanig vormt het daarmee ook een gewricht. Door allerlei oorzaken (standsverschillen dijbeen-scheenbeen, artrose, asymmetrische ontwikkeling van de verschillende spierkoppen van de quadriceps, triggerpoints in één of meer koppen van de quadriceps) kan de knieschijf een afwijkende stand aannemen t.o.v. de dijbeengroeve.
Symptomen
Dit irriteert de structuren àchter de knieschijf en veroorzaakt klachten: pijn tijdens hurken, knielen, kruipen, trap oplopen, langdurig in één houding zitten, en sportieve belasting. Vaak is er ook sprake van knisperende en krakende geluiden tijdens beweging. Oplossing is de oorzaak van de afwijkende stand op te heffen. Dit kan zijn door je spieren anders te trainen, of het wegwerken van de triggerpoints (manueel of met dry needling) in het spierkorset.
Lees meer over patellofemoraal pijnsyndroom.
Jumpers knee / springersknie
Een jumpers knee komt vaak voor bij sporten waarbij veel gesprongen wordt (volleybal, basketbal). Het is een overbelastingsklacht die optreedt in de pees van de quadriceps, nèt onder (maar soms ook boven) de knieschijf, of op de aanhechting van de pees aan het scheenbeen. Er ontstaat pijn bij belasting (buigen, springen, traplopen). Risicofactoren kunnen zijn: trainen op een te harde ondergrond, te hoge trainingsfrequentie of een disbalans tussen belasting en belastbaarheid. Middels een geleidelijk opgebouwd oefenschema, ondersteund door triggerpointbehandelingen, massage, gewrichtsbewegingen en eventueel tapen kun je toewerken naar een betere belastbaarheid van je knie.
Knie-artrose
Voor oorzaken, symptomen en behandeling, zie > Artrose
Wat kan ik voor je doen?
In een acuut stadium zal ik de klacht eerst uitvragen, en je daarna testen om te bepalen wat de oorzaak is. Mocht er aanvullende diagnostiek nodig zijn, dan zal ik je doorverwijzen naar je huisarts, die dat in gang kan zetten. Zwellingen en bloeduitstortingen kan ik uitstekend verhelpen met manuele lymfedrainage en lymftaping, die beide ook pijndempend werken. Verder kent elk letsel een lichaamseigen herstelproces, dat een bepaalde tijd vergt, en waarin relatieve rust wordt gevolgd door gericht opgebouwde training in kracht, souplesse en coördinatie. In dat proces kan ik je begeleiden met advies, oefeningen, en een scala aan behandelmethoden (zie Klachtbehandeling) die je herstelproces kunnen ondersteunen.
Lage rugklachten
Uiteenlopend
Pijn in de onderrug! Zwaar, zeurend, of juist scherp en zelfs schietend naar één van de benen. De onderrug is direct verbonden met het bekken en de benen: qua functie, qua opbouw, anatomisch en wat betreft het zenuwstelsel. Vandaar dat een probleem in de onderrug aanleiding kan zijn voor klachten in bil of benen, en omgekeerd. Lage rugklachten kunnen heel geleidelijk ontstaan, o.i.v. langdurige stress of bewegingsarmoede bijvoorbeeld, of acuut, zoals bij te zwaar of onhandig tillen, of bij een trauma zoals een val van een paard. Omdat de verschijnselen bij lage rugklachten zo uiteenlopend kunnen zijn, bespreek ik ze in aparte hoofdstukjes.
Hernia
Preciezer: hernia nuclei pulposi, een breuk in een tussenwervelschijf. De wervelkolom bestaat uit scharnierende wervels, met daartussen kraakbeenschijven als schokbrekers. Deze schijven bestaan uit een buitenring van stugge kraakbeenvezels met een gelei-achtige kern (de nucleus pulposus). Als de vezelige ring breekt, komt de gelei-achtige kern naar buiten. Meestal puilt hij uit aan de voor-zijkant. Hij schuurt daarbij tegen één van de twee zenuwen aan, die vanuit het ruggenmerg tussen twee wervels paarsgewijs het lichaam ingaan. Dit kan tot compressie van de zenuw of diens bloedvaten leiden, of in het gebied een pijnlijke ontsteking veroorzaken.
Symptomen
De verschijnselen bij een hernia zijn: een scherpe pijn in één bil en/of been, tot zelfs in de voet, met soms spierkrampen. Hoesten of niezen maakt de pijn erger. Veel mensen hebben ook pijn in de onderrug. De test voor een hernia is de “Lasègue”-test, ook wel Straight Leg Raising test genoemd, waarin rek op de zenuw pijn uitlokt: vanuit ruglig wordt het aangedane been gestrekt opgetild – tussen 30º en 60º treedt de karakteristieke “schietende” pijn door het been op. Een MRI-scan is niet altijd behulpzaam: er zijn gevallen bekend met een aangetoonde hernia, echter zonder pijn.
Rust
Een hernia gaat vanzelf over met rust. Dat betekent niet “in bed blijven liggen”, maar het vermijden van stress of overbelastende activiteiten, gecombineerd met gedoseerd bewegen. Pijnstillers helpen daarbij. Alleen als er blijvende zenuwschade dreigt, wordt tegenwoordig nog operatief ingegrepen. Indicaties daarvoor zijn: spierzwakte in de benen (niet meer op je tenen of hakken kunnen staan), incontinentie of juist niet meer kunnen plassen, gevoelsuitval in geslachtsorganen of anus.
Prolaps
Bovenstaande beschrijft de verschijnselen bij een “echte” hernia (een zogenaamde prolaps). Deze kan acuut optreden, zoals bij te zwaar tillen, gecombineerd met buigen + draaien van de rug (de beruchte wasmachine uit de achterbak van de auto). Maar deze situatie kan ook geleidelijk ontstaan (vaak door een combinatie van langdurige stress + bewegingsarmoede), en dan zijn er twee voorafgaande stadia:
Bulging disk
Het eerste stadium. Door stress + bewegingsarmoede wordt de vezelige kraakbeenring zwakker. De tussenwervelschijf wordt instabiel, en kan de functie van stootkussen minder goed vervullen. Het lichaam reageert hierop door de omliggende spieren samen te trekken in een poging de stabiliteit met spierkracht te compenseren. Verschijnselen in dit stadium zijn spierpijn en spierstijfheid in de onderrug. Dit wordt ook wel omschreven als spit of lumbago.
Protrusie
Het tweede stadium. De buitenste ring van vezelig kraakbeen begint scheurtjes te vertonen, en de gelei-achtige kern begint uit te puilen, maar niet zover dat hij de zenuwwortel bereikt. Er ontstaat het begin van een ontsteking. De pijn in de onderrug wordt erger, en soms kan de pijn uitstralen naar de bil of het been.
Wat kan ik doen?
Bij een acute hernia of prolaps is er weinig meer dat ik kan doen dan oefeningen geven. Vermijden van stress en overbelasting, relatieve rust en gedoseerd bewegen helpen bij het herstel. Bij de voorstadia, dus in het geval van een langzaam opbouwende discusinstabiliteit door stress en bewegingsarmoede, kan ik wel veel doen. Middels massage kan ik het vastzittende spierkorset losmaken, en aan pijndemping doen. Gewrichtsbewegingen normaliseren het bewegingspatroon, en houden gewrichten en banden soepel. Triggerpoints in spieren die ontstaan door een pijnvermijdende houding (veel mensen met een beginnende hernia gaan scheef lopen) kan ik manueel of met dry needling wegwerken.
Gedoseerd bewegen
Maar vooral zal ik je stimuleren om te gaan bewegen. Het lichaam is gemaakt om te bewegen: hoe meer je van die bank af komt, en aan beweging doet (wandelen, fietsen, yoga, pilates, dans, fitness, conditietraining) des te eerder ben je van je klachten af. Er is dus een wereld te winnen!
Lees meer over lage rugklachten.
Ischias
Ischias is de situatie waarbij de grootste zenuwbaan van ons lichaam, de nervus ischiadicus, ofwel de grote beenzenuw, geïrriteerd raakt. Dit leidt tot tintelingen, spierkrampen en/of pijn in bil of been. In het geval van een hernia kan die irritatie bij de zenuwwortel beginnen. Maar ook verderop in het verloop van de zenuw kan hij beschadigd raken, door een val bijvoorbeeld, of een verkeerde houding tijdens paardrijden. Het lichaam herstelt hier vanzelf van, en er is weinig dat ik kan toevoegen behalve oefeningen en advies.
Pijnstillers: supergoed!
Het beste advies is om goede pijnstillers te halen bij je huisarts en voor de rest: stress uitbannen uit je leven (maak je agenda leeg!) en beginnen met bewegen – een half uur wandelen bijvoorbeeld, en na vier uur weer. Niet slenteren, maar lekker doorstappen, en dankzij de pijnkillers kan dat ook! Precies de beweging die je lichaam nodig heeft om te herstellen, desnoods door de regen. De rest kan wachten. Een ischias kan wel tot 12 weken duren, dus het is even volhouden. Een oorzaak die veel wordt genoemd bij ischias is het “piriformis-syndroom”. Hierbij drukt een diepe bilspier, die verkrampt is geraakt, op de nervus ischiadicus die er onderdoor loopt. Specifieke massage en triggerpoint behandeling met dry needling kan hierbij uitkomst bieden, alsmede rekoefeningen voor je bilspieren en spierversterkende oefeningen.
Lees meer over ischias en oefeningen bij ischias.
SI-problematiek
De onderste vijf wervels zijn vergroeid tot het heiligbeen, dat scharniert met het bekken in het SI-gewricht. Er is hier maar heel weinig beweging mogelijk, vanwege de stabiliteit die nodig is om het lichaamsgewicht op de benen over te brengen. Door een val op de billen of door lelijk verstappen kan er pijn in de onderrug, in het bovenste deel van de bil of in de lies ontstaan: mogelijk is dan het SI-gewricht geïrriteerd, of het kapselbandapparaat dat dit gewricht omgeeft, en het verbindt met de rest van de botten van het bekken. Middels gewrichtsbewegingen kan ik alle bewegingselementen weer “losmaken”. Spieren die verkrampt zijn in reactie op de irritatie zijn middels massage en triggerpointbehandelingen weer soepel te maken. En tenslotte zijn er uitstekende oefeningen om het SI-gewricht weer goed te laten functioneren.
Lees meer over SI-problematiek.
Gluteaalmusculatuur
Klachten in de onderrug kunnen te maken hebben met vastzittende spieren. Tijdens mijn behandelingen komt het tot verrassing van de cliënt vaak voor, dat pijn in de onderrug veroorzaakt wordt door vastzittende bilspieren. De kleine en middelste bilspier (m. gluteus minimus resp. m. gluteus medius) zorgen voor zijwaartse stabiliteit tijdens het staan. Door allerlei oorzaken kunnen zij verkrampt raken. Triggerpointbehandelingen, manueel of met dry needling, kunnen de problemen in de onderrug opheffen.
Iliopsoas
Een andere spier die vaak over het hoofd gezien wordt, is de iliopsoas. Dit is een diepliggende spier die, àchter de ingewanden, aan beide zijden voorlangs de wervelkolom loopt, over de binnenkant van het bekken, en aanhecht aan de binnenkant van het dijbeen in de lies. Normaliter kun je deze spier helemaal niet voelen. Toch is het mogelijk om, vanuit een bepaald houding, deze spier te masseren om de spierspanning te verlagen. Gewrichtsbewegingen, rekoefeningen en spierversterkende oefeningen kunnen de behandeling completeren.
Kijk hier om een beeld te krijgen van iliopsoas, gluteus minimus en gluteus medius.
Lymfoedeem
Tekst
MTSS (Mediaal Tibiaal Stress Syndroom), ook wel Shinsplint of Scheenbeenirritatie
Wat is het?
Scheenbeenirritatie, ook wel MTSS genoemd, is een overbelastingsklacht die vaak optreedt bij sporters die veel springen (hardlopers, basketballers, tennissers, balletdansers) of springen zonder de noodzakelijke spierconditie. De bijbehorende, karakteristieke pijn uit zich aan de binnenrand van (de onderste helft van) het scheenbeen. De spieren aan de achterkant van het scheenbeen, die van daaraf naar de voet lopen, veroorzaken overmatige druk op het bot, wat zeer gaat doen. Devies is: relatieve rust.
Hoe kan ik je helpen?
Ik kan je helpen met massage en gewrichtsbewegingen om de hele bewegingsketen los te maken. Met triggerpointbehandelingen, manueel of met dry needling, kan ik de spierkwaliteit op peil houden. Met dry needling bereik ik ook de diepliggende spieren achter het scheenbeen, wat met andere technieken niet mogelijk is. Blijf bewegen (wandelen, lopen, fietsen), maar vermijd sportieve inspanning op volle kracht, train eerder op 50%. Zodra de pijn verdwenen is: voer langzaam de sportieve prestaties op, en doe tussendoor krachtsoefeningen. Wees zeker in het begin voorzichtig met rekoefeningen (pas na 3-6 weken herstel!).
Nekklachten
Zie > Hoofdpijn
Zie > KANS (Klachten Arm nek Schouder)
Zie > Whiplash
Post-operatief oedeem
Tekst
Reuma
Reumatoïde artritis
Reuma is een verzamelnaam van meer dan 100 aandoeningen aan het houdings- en bewegingsapparaat. Een containerbegrip dus (zie de lijst met links onderaan). Meer specifiek ga ik het hier hebben over reumatoïde artritis, een auto-immuunziekte die pijnlijke ontstekingen veroorzaakt in de gewrichten. Aanvankelijk de kleine gewrichten van handen en voeten, maar dat kan zich allengs uitbreiden naar de grotere gewrichten van pols, elleboog en schouder of enkel, knie en heup. Ook kunnen de hoge nekwervels betrokken raken.
Deformaties
De schade die dit proces veroorzaakt, kan uiteindelijk leiden tot instabiliteit, bewegingsbeperking en deformaties. De meest voorkomende klachten bij mensen met RA zijn: gewrichtspijn, ochtendstijfheid en vermoeidheid. Reumatoïde artritis is een medisch ziektebeeld, dat door een arts gediagnosticeerd moet worden.
Symptoombestrijding
Ik kan niets verhelpen aan de aandoening op zich, maar wel aan de symptomen. Rustige massages kunnen de pijn verminderen en de doorbloeding verbeteren. Buiten de periodes van “opvlamming” door kan ik gewrichtsbewegingen inzetten om de achteruitgang van de beweeglijkheid tegen te gaan, en triggerpointbehandelingen geven om de conditie van spieren te verbeteren. Een warmtebehandeling kan een algehele ontspanning teweegbrengen.
Lees meer over de diverse vormen van reuma:
SAI (Sub Acromiaal Impingement)
Zie ook > KANS. Schouderklachten behoren tot de meest voorkomende gewrichtsklachten. SAI neemt daarvan 80% in. Het komt voor tussen 20 en 60 jaar. De oorzaak is soms traumatisch (een val op de gestrekte arm bijvoorbeeld), maar meestal is de oorzaak anders. Tot 25 jaar kunnen bovenhandse sporten de oorzaak zijn. Tussen 25 en 40 jaar is werk met veel bovenhandse belasting de oorzaak. Vanaf 40 jaar is sprake van toenemende bindweefselzwakte, en is de oorzaak multifactorieel.
Pijn bij zijwaarts heffen van de arm
Karakteristiek is de pijn bij het zijwaarts heffen van de arm, tussen 80º-120º. Soms helpt het om de arm uit te draaien om toch te kunnen heffen. Ook op de arm liggen is pijnlijk, en soms ontstaat pijn bij iets uit de achterzak pakken. De reden voor deze pijn is een ontstekingsreactie aan de structuren nét onder het schouderdak (= acromion in het Latijn). Onder dit bot bevindt zich het schoudergewricht, waar de kop van het opperarmbeen in de ondiepe kom van het schouderblad beweegt.
Weinig ruimte
De ruimte tussen schouderdak en -gewricht is bijzonder klein, maar laat normaliter precíes genoeg ruimte voor pezen van spieren die van schouderblad naar arm lopen, en een paar slijmbeurzen die de beweging van diverse structuren faciliteren. Een ontstekingsreactie echter gaat gepaard met een zwelling, en dan is er al snel géén ruimte meer, en raken de structuren ingeklemd bij bewegingen van de arm.
Oorzaken
De ontsteking kan het gevolg zijn van een anatomisch defect, en dan is een operatie de aangewezen weg. Maar het kan ook het gevolg van een overbelasting zijn, en dan het is zaak na te gaan waardoor die veroorzaakt wordt, en die oorzaak weg te nemen. Dat kan zijn door een betere sportbeoefening (overleg met je trainer!), een ergonomische aanpassing van je werkplek (consulteer een ergonoom of je bedrijfsarts), of het gebruik van ander materieel. Bij een multifactoriële oorzaak kan stress een rol spelen, en dan is het raadzaam om ook te kijken naar wat er emotioneel en/of sociaal niet goed gaat. Misschien is het de tijd om onhandige attitudes te veranderen? Ik kan je begeleiden in een coachingstraject.
Mijn interventies
Wat kan ik voor je doen? Allereerst kan ik je leren om te gaan met je klacht: met hele eenvoudige aanpassing van bewegingen kun je zelf meer ruimte creëren onder het schouderdak, zodat je minder pijn ervaart bij het gebruik van je arm. Bij elke klacht gaan spieren proberen de stabiliteit te leveren die ontbreekt. Overbelasting ligt dan ook op de loer. Die kan ik te lijf met huid-, fascie- en massagetechnieken, alsook met triggerpoint behandelingen. Terwijl jij heerlijk op een warmwaterkussen ligt, wat spieren en gewrichten ontspant, ga ik de gewrichten van je schoudergordel mobiliseren, zodat de normale bewegingsruimte behouden blijft. Al deze interventies zijn ook nog eens pijnstillend!
Schouderklachten
Zie > KANS (Klachten Arm Nek Schouder)
Shin Splints
Zie > MTSS
Tenniselleboog
Zie KANS (Klachten Arm Nek Schouder)
Tinnitus
Tekst
Voetzoolklachten / Hielspoor
Kalkdepot
Bij overbelasting op de voeten kan pijn aan de voetzool optreden, met name daar waar de stugge peesplaat onder de voet aanhecht aan het hielbeen. Als reactie op kleine microscheurtjes in de peesplaat zet het lichaam daar een klein kalkdepot af. Dit is op een röntgenfoto duidelijk te zien, en wordt ook wel hielspoor genoemd. Rennen op een harde ondergrond kan dit uitlokken, maar ook een staand beroep, of veelvuldig (en/of overmatig) rennen en springen door hardlopers, volleyballers en tennissers. Slecht zittend schoeisel kan ook een rol spelen, evenals overgewicht. De pijn is stekend of zeurend, en ontstaat bij het begin van belasting, om daarna weer af te nemen. Ook kan een “strak gevoel” aan de voetzool optreden. De klacht gaat meestal na een aantal maanden vanzelf weer over, mits de juiste maatregelen worden genomen.
Voetzool en kuit zijn verbonden
Uit onderzoek is gebleken dat het weefsel van de peesplaat op de voetzool via het hielbeen overgaat in de achillespees. De daaraan verbonden spieren op het onderbeen kan ik masseren, evenals de peesplaat op de voetzool, om meer flexibiliteit op te wekken en zo de “spanning” op de peesplaat te verminderen. Een klacht aan de voet leidt vaak tot een verkeerde houding. Middels gewrichtsbewegingen in de hele bewegingsketen kan ik de onderste ledematen, alsmede de onderrug soepel houden. Gebleken is dat achillespees- en voetzoolklachten ook te maken hebben met een beperkte bewegingsuitslag van het been vanuit de heup naar áchteren. Muscle Energy Techniques (MET) kunnen de spieren van het bovenbeen meer souplesse geven om deze beperking op te heffen. Verder werken mijn interventies pijndempend, en dat is weer mooi meegenomen!
Whiplash
Kop-staartbotsing
Een whiplash kennen we van de kop-staartbotsing, of de zijwaartse botsing van motorvoertuigen. Het hoofd maakt dan een snelle opeenvolging van achter- en voorwaartse beweging dan wel zijwaartse links-rechts beweging. Vergelijk het met de beweging van het uiteinde van een zweep. De zijwaartse whiplash gaat doorgaans gepaard met meer schade omdat de nek niet zoveel zijwaartse beweging toelaat. Bij de achter-/voorwaartse beweging ontstaat de grootste schade tijdens de voorwaartse beweging. Het hoofd wordt dan als een bal van 2,5 kg naar voren “gekatapulteerd”, waarbij de nekwervelkolom wel tot 15 cm kan worden verlengd (!), en het verlengde merg in het wervelkanaal wordt getrokken.
Microtraumata
Dit heeft enorm veel “microtraumata” tot gevolg: minuscule breukjes en bloedingen, die uiteindelijk, vaak tot pas twee weken na het trauma, tot klachten kunnen leiden. De mate van letsel is ook afhankelijk van de mate van anticipatie: heb je het ongeval kunnen zien aankomen, en heb je je dus schrap kunnen zetten (vastzetten van spieren)? In dat geval is de schade minder groot dan bij een ongeanticipeerd trauma.
Symptomen
Een whiplash leidt tot allerlei klachten, waarvan de belangrijkste (al na 4 u) zijn: hoofdpijn, nekpijn, schouderpijn (ook tussen de schouderbladen) en verminderde beweeglijkheid van de nek. Daarnaast (vanaf ongeveer 2 weken) kunnen optreden: zweverigheid / lichtheid in het hoofd, vermoeidheid, vergeetachtigheid, concentratiestoornissen, emotionele labiliteit, globusgevoel, oogproblemen (druk op het oog, overgevoeligheid voor licht, vermoeidheid), pieptoon in het oor (tinnitus). Na een whiplashtrauma kan er sprake zijn van instabiliteit van de nekwervelkolom.
Erkenning helpt
75% herstelt binnen 6 weken, een volgende 5% binnen 6 maanden, maar 20% houdt langer klachten. Opmerkelijk is dat in landen, waar whiplash als oorzakelijk trauma wordt erkend (ook verzekeringstechnisch!), de patiënt door acceptatie en “closure” sneller herstelt. In Nederland wordt PWS als diagnose niet meer gesteld, en uitblijven van erkenning leidt tot een verlengd ziektebeeld.
Ontspanning
In mijn aanpak voert ontspanning de boventoon. Ik test eerst of je geen draaiduizeligheid ervaart bij bepaalde houdingen en bewegingen van de nek. Zo niet, dan behandel ik je met rustige, zachte strijkingen in nek, schouders, bovenrug en -armen, net waar je klachten zich manifesteren. De warmte van een warmwaterkussen laat je nog meer ontspannen. Rustige gewrichtsbewegingen en milde triggerpointbehandelingen kunnen ook deel uitmaken van de behandeling, maar alleen als die goed aanvoelen. Ik zal je stimuleren om meer te bewegen (wandelen, fietsen, zwemmen, pilates, yoga) en je helpen bij het vinden van manieren om afleiding te vinden voor je klachten en zorgen.
CognitiveFX
Recentelijk is er in een kliniek in de VS een nieuwe behandeling ontwikkeld, om mensen met WAD (Whiplash Associated Disorder) en PCS (Post Concussion Syndrome) die uitbehandeld zijn maar klachten houden, succesvol te genezen. Cognitive FX bestaat uit een intensieve training, bestaande uit een combinatie van gelijktijdige fysieke en cognitieve oefeningen, die de hersenen stimuleert om nieuwe neurale paden te ontwikkelen, en door deze verhoogde hersenactiviteit een einde kan maken aan de klachten. In het AMC te Amsterdam is een RCT gestart om een wetenschappelijke basis te ontwikkelen voor deze benadering. In Nederland wordt CognitiveFX aangeboden door sensori.nl
Lees meer over whiplash: bij de Hersenstichting of Infonu.
Zweepslag (kuit)
Wat is het?
Een zweepslag is een spierscheur in de kuitspier. De naam refereert naar het gevoel bij het ontstaan ervan: een korte slag of schop, al dan niet gepaard met een hoorbaar knapje, van achter tegen de kuit, alsof je een soort zweepslag krijgt. Een zweepslag ontstaat bij explosieve of maximale inspanning van de spier, bijvoorbeeld bij een sprint, of tijdens de afzet voor een sprong.
Gradaties
Er zijn drie gradaties van in opklimmende ernst: 1. Het microtrauma, waarbij een paar spiervezels (max. 10%) zijn geknapt. Een scherpe pijn is voelbaar, maar aangezien andere vezels de functie overnemen, zal normaal functioneren door kunnen gaan. 2. Een partiële ruptuur, waarbij een deel (max. 50%) van de spier is gescheurd. Lichte belasting roept al heftige pijn op, en de kracht van de spier is afgenomen. Rust is geboden, waarna een revalidatietraject start. 3. De volledige ruptuur, waarbij de spier doormidden is gescheurd. Er ontstaat een acute, heftige pijn, maar die neemt snel af, alleen lopen gaat niet meer (of slechts in “strijkijzergang”, dus zonder de hiel te kunnen oplichten). Een volledige ruptuur wordt meestal operatief verholpen. Graad 2 en 3 kunnen gepaard gaan met een zwelling en een bloeduitstorting.
Lymfedrainage
In eerste instantie is rust geboden. Directe massage op de gescheurde spier is de eerste 10 dagen uit den boze. Voor de zwelling en bloeduitstorting wordt meestal het hoog leggen van het been en een regelmatig ijspack aanbevolen, maar lymfedrainage en -taping is veel effectiever, en werkt bovendien pijndempend. Vanaf 5 dagen is het belangrijk de spier te bewegen, want immobiliteit heeft ook zeker negatieve gevolgen. In principe moet de blessure vanzelf genezen, maar blijkt dat je na een aantal weken nog klachten houdt, neem dan contact op, want misschien heb je begeleiding nodig. Met een gefaseerd oefentraject, begeleid door fascietechnieken, massage en gewrichtsbewegingen kan ik je weer “on track” helpen.
Zwelling na een (sport)blessure
Tekst